Disclaimer

Privacyverklaring

Gedrag en gezag

Februari 2019

Regelmatig komen in de media verhalen terug over grensoverschrijdend gedrag waar het onderwijs in ons land mee geconfronteerd wordt. Het gaat dan bijvoorbeeld over ouders die buitensporig veel druk zetten op de leraar inzake het schooladvies voor het vervolgonderwijs. Maar ook in klaslokalen is vaker dan vroeger sprake van moeilijk gedrag. Laatst las ik een artikel over een kleuterklas waarin enkele kleuters helemaal niet meer naar de juffrouw luisterden. Ook vertelde een specialist me dat bij 70% van de leerlingen waarmee zijn samenwerkingsverband passend onderwijs in aanraking kwam gedrag in meer of mindere mate een rol speelt. Binnen het onderwijs gaat het de laatste jaren steeds vaker om gedrag. Wat is er aan de hand?

Het is moeilijk om op deze vraag een eenduidig antwoord te geven. Het heeft denk ik ook met de huidige maatschappelijke prestatiedruk te maken. In dit blog ga ik nader in op andere mijns inziens belangrijke factoren: autoriteit, interactie en gezag.

Op samenlevingsniveau zijn de klassieke vormen van autoriteit vervaagd en veelal verdwenen. Denk aan de kerk, het hoofd der school, de leraar en de dokter. Het is echter niet zo dat er geen behoefte meer is aan autoriteit. Juist wel. Maar het gaat dan om een ander soort autoriteit. Een autoriteit die de uniciteit van mensen erkent en ziet.

Onderwijs geven in een tijdperk waarin ‘het dikke ik ‘regeert valt niet mee.  Er zijn inderdaad curlingouders en helikopterouders. Het is vanzelfsprekend dat rekening gehouden wordt met het individu, met het individuele belang. Kinderen komen inderdaad vaker uit onderhandelingshuishoudens waarin ze stevig centraal mogen staan. En de prestatiedruk en drang naar perfectie zijn zoals al eerder vermeld zeer fors. Het zijn tekenen van de moderne tijd. Was het vroeger dan allemaal beter? Ja, het was misschien wat duidelijker……maar beter?

Kinderen zijn net als vroeger benieuwd naar het leven en leren. Normaliter willen ze zich ontwikkelen en voelen ze een goede band met hun leraren. En iedere ouder wil het beste voor zijn of haar kind. Dat is allemaal niet veel veranderd. Wel is het significant anders hoe tegen autoriteit wordt aangekeken. De leraar en de school zijn niet meer de ijzeren autoriteiten die ze eens waren. En dat hoeft ook niet. In de huidige tijd is verbindend gezag noodzakelijk. Voor onderwijs houdt dat in dat de leraar de kinderen en hun ouders echt ziet en van harte insteekt op samenwerking. Een geschikte leraar kan goed onderwijs ontwerpen, uitleggen, organiseren en motiveren. Maar nog meer voorwaardelijk is zijn vermogen om contact te maken en te houden in de communicatie. Daarbij horen ook de kunst van het de-escaleren, verbondenheid houden, samenwerking bevorderen en uitstellen van reactie. Zonder connectie geen correctie, is een gevleugelde uitspraak die ik in dit kader laatst hoorde.

In heel veel klassen in ons land gaat het heel goed. Kinderen en hun leraren floreren daar. Soms verandert de context waarin de leraar en het kind zijn in een frontlinie. En juist in die situatie waarin het er echt toe doet, zie je de goede leraar, de lerende leraar, de mens die bewust en onbewust juist handelt. En dat laatste kan alleen maar op een plaats waarin leraar en kinderen zich veilig kunnen voelen.

Belangrijke factoren die veiligheid versterken zijn onder meer het bewustzijn van de leraar dat hij het vak verstaat, dat hij beschikt over de nodige interactieve vaardigheden en dat hij door schoolleiding en bestuur gezien en gesteund wordt. Sommige leraren beschikken van nature over sterke interactieve vaardigheden. Maar voor de meesten geldt dat oefening en kennisuitwisseling ten behoeve van deze competentie noodzakelijk zijn. Het valt niet mee om op de juiste manier met escalatie en de-escalatie om te gaan. Communiceren onder druk is niet gemakkelijk. En omgaan met intimiderende communicatie en deze in banen leiden is niet voor ieder gesneden koek. Je kunt het nog beter leren doen door gerichte training en feedback. Wat mij betreft komen er betere trainingen en versterkende werkvormen op dit thema beschikbaar voor het onderwijs. Gisteren leerde ik tijdens de studiedag van het platform Land van Cuijk dat er nog veel te leren valt, onder meer met collega’s uit de jeugdzorg en de GGZ. Samenwerk, samen sterk, zou ik willen zeggen.

Wat ook helpt is in essentie heel eenvoudig: een consistent en helder verhaal voor allen over wat de visie van de school is op goed met elkaar leven en werken. Verwachtingen uitspreken met gezag, conform handelen en de dialoog behouden zijn misschien wel de sterkste funderingen onder goed onderwijs.

Voor meer achtergrondinformatie over het voorgaande verwijs ik graag naar het werk van Paul Verhaege, en ook naar het boek ’Nieuwe autoriteit’ van de psycholoog Haim Omer.